

De internationale benchmark-studie naar de prestaties van nationale gezondheidsstelsels is de vierde in een serie die het EIPA uitvoert in samenwerking met het Nederlandse ministerie van Binnenlandse zaken. Wat opvalt in het rapport is dat terwijl de gemiddelde levensverwachting in Nederland sinds 2010 (langzaam) is blijven stijgen, het gemiddelde aantal gezonde levensjaren flink afnam – van 61,5 naar 58,5 jaar tussen 2010 en 2022. Dit is een teruggang van 4,9 procent. Nederland is daar niet alleen in: 14 andere Europese landen zien de gemiddeld verwachte gezonde levensjaren omlaag gaan. Noorwegen spant de kroon: van 75,1 naar 67,4 jaren, wat een teruggang betekent van meer dan 10 procent.
Gezondheidsklachten
Het rapport geeft geen duidelijk antwoord op de vraag waar die terugval door komt. Er wordt gesuggereerd dat de economische crisis die volgde op de kredietcrisis van 2008 verantwoordelijk is voor een terugval, terwijl natuurlijk ook de covid-crisis van 2020-21 verantwoordelijk is geweest voor sterfte. Maar gezien de vergelijkbare ontwikkeling in andere – meest rijke – Europese landen lijkt hier ook een effect mee te spelen dat gezondheidsklachten eerder gesignaleerd worden.
Nederland scoort goed op het gebied van obesitas, rook- en drinkgedrag. Van die drie is alleen het percentage gerapporteerde obesitas stijgende met een niveau van 14,1 procent in 2019, wat flink onder het Europees gemiddelde (17,6 procent) ligt. Verder blijkt dat voor Nederlanders met een hoog opleidingsniveau geldt dat 78,2 procent een goede gezondheid rapporteert, voor Nederlanders met een laag opleidingsniveau is dat 57,1 procent.
Bron: Skipr